Bestaat er meer dan we kunnen waarnemen?


Horatio: "Er is meer tussen hemel en aarde."
De scepticus: "Ik geloof alleen wat ik kan waarnemen."

Zintuigen
We kunnen met onze zintuigen geluid, licht, smaak, geur, pijn, temperatuur- en drukverschillen waarnemen.
Je hebt zintuigen niet alleen om de omgeving te kunnen verkennen maar
ook om jou informatie te geven over het inwendige van je lijf.
Soms word je immers pijn, dorst of honger gewaar of je voelt drang (druk)
om naar de wc te gaan.

Menselijke beperktheid
Hoewel we met al onze zintuigen een enorm scala van waarnemingen kunnen doen,
is het zeer wel mogelijk dat er nog talloze verschijnselen zijn
waar we niet gevoelig voor zijn.
We definiëren dat al het voor mensen waarneembare tot de fysica behoort.
Al het voor mensen niet waarneembare behoort tot de metafysica.
De metafysica behoort tot de filosofie of wijsbegeerte.
De ontologie is het geheel van de waarneembare en niet-waarneembare begrippen, dus de leer van alles, de leer van het zijn en de zijnden.
De grens tussen fysica en metafysica is niet altijd even scherp.
Bijvoorbeeld: 'mijn' gedachtes zijn voor 'mij' glasheldere realiteiten die ik zelf kan waarnemen.
Voor 'jou' zijn ze metafysisch.
Je gelooft wel dat ik gedachtes hebt maar je kunt ze slechts kennen als 'ik' ze aan jou vertel.
Dan ben 'ik' het medium.

Geluid, horen en luisteren
Ons oor kan geluidssterkte, toonhoogte, klankkleur en muzikaal ritme onderscheiden.
Met twee oren horen we stereofonisch.
We kunnen daarmee de richting van een geluidsbron bepalen.
Een echo kan ons daarbij misleiden.

Luchttrillingen die door de lucht en andere stoffen kunnen voortbewegen als golven,
kunnen in drie gebieden worden verdeeld: in infrageluid of infrasone trillingen,
in (hoorbaar) geluid en in ultrageluid of ultrasone trillingen.
Het gebied wordt bepaald door het aantal trillingen per seconde ofwel de frequentie.
Het geluidsgebied wordt dan afgebakend door twee grenzen.

De ondergrens van het hoorbare geluid ligt als zeer laag basgeluid in de buurt van 15 hertz.
De trillingen zijn dan dermate sloom, dat we de bron kunnen zien trillen.
Het oog neemt het bij die grens de waarneemfunctie van het oor over of omgekeerd.

De bovengrens, waarbij een zeer hoge gil behoort, is ongeveer 12 kilohertz.

Die twee grenzen verschillen individueel behoorlijk: wat voor de een nog hoorbaar is,
is dat voor een ander niet meer.
Bovendien zijn voor elke persoon de grenzen afhankelijk van de leeftijd.
Helaas kunnen veel ouderen de hoge tonen van de fluitende vogeltjes niet meer horen.
Ze zijn voor hen metafysisch geworden.
De combinatie van een geschikte microfoon en een oscilloscoop kunnen
de ultrageluiden echter zichtbaar maken, waardoor ze niet meer metafysisch zijn.

Geluid kun je in principe horen maar er zijn een aantal voorwaarden.
- Er moet een actieve geluidsbron zijn;
- de geluidsgolven moeten ter plekke bij je oor voldoende sterk zijn;
- de toonhoogte mag niet te hoog of te laag zijn.
Niet alleen de hoge en lage tonengrenzen zijn sterk individueel verschillend maar
ook de grenzen van de geluidssterkte.
Als Karel zegt, dat hij een zwak geluid hoort en Wilma verklaart, dat zij het niet hoort,
heeft ze geen redenen om Karel niet te geloven. Het ontgaat haar slechts.
Dat betekent voor Wilma niet, dat het zwakke geluid niet bestaat.

Niet alleen je oren zijn gevoelig voor geluid maar je hele lichaam
kan in principe meetrillen met allerlei frequenties.
Harde muziek in de discotheek wordt zowat door het hele lijf waargenomen als drukvariaties.

Een bekende wijsgerige vraag is:
is er geluid als bij een waterval geen luisteraar staat?
De schijnbaar niet te beantwoorden vraag
kan gemakkelijk beantwoord worden door geluid goed te definiëren.
Geluid is een trillingsverschijnsel, dat mensen door middel van hun oren kunnen horen.
Het spetteren van de waterval kan gehoord worden.
Er is dan altijd geluid bij de waterval.

Er is verschil tussen horen en luisteren.
De hele dag hoor je geluiden maar je onthoudt lang niet alle indrukken op je trommelvliezen.
Pas als je luistert, waarbij je de geluiden bewust aan het waarnemen bent,
kun je die vaak onthouden.
Als je je een geluid niet kunt herinneren, bestond het dan niet?

Licht
Dankzij dat je kunt zien en kijken ben je je bewust van
kleuren, contrastverschillen, afstand, ordening, vormen en bewegingen.

We kunnen lezen onder andere tengevolge van
  • De mogelijkheid om beide ogen op één punt te fixeren.
  • We kunnen onze ogen op leesafstand scherpstellen door juist te accomoderen
    (de oogspieren van de lens de juiste spanning te geven).
  • Bij oudere mensen wordt de arm tekort en een leesbril is nodig
    om de afstand weer terug te brengen tot circa 30 cm.
  • Er moet voldoende verschil in contrast en kleur zijn om de letters op het papier te kunnen zien.
  • Slechts de goede ordening van de letters geeft het gewenste woord.
    De woorden ober, boer, ebro en robe hebben dezelfde letters in hetzelfde aantal.
    Het zijn anagrammen.
    Elk heeft zijn eigen betekenis.
  • Dankzij de vormen kunnen we niet alleen letters maar ook lettertypes onderscheiden.
  • Gelukkig bewegen de meeste letters niet.
Kleuren De kleuren van de regenboog zijn in volgorde
rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet.
Het is volstrekt onmogelijk om aan iemand die altijd blind is geweest uit leggen wat kleuren zijn.
Heeft de blinde het recht om te beweren dat rood en groen niet bestaan?
Ja, want in zijn beleving is dat wel waar, hij liegt niet.
Maar zijn bewering is volgens de zienden geen algemeen erkende waarheid.
Voor de blinden zijn kleuren metafysisch; voor de ziende behoren de kleuren tot de fysica.

Zien of kijken
Je kunt in principe zien of kijken maar er zijn een aantal voorwaarden.
  • Er moet een actieve lichtbron zijn:
  • het licht moet ter plekke bij je ogen voldoende sterk zijn en
    ook weer niet te sterk, want dan word je verblind;
  • de frequentie van het licht mag niet te hoog of te laag zijn.
IR en UV
Voorbij het rood zit het onzichtbare infrarood.
Voorbij het violet bevindt zich het ultraviolet,
eveneens een verzameling onzichtbare kleuren.
Er zijn maar zeer weinig mensen die het nabije infrarood en
nabije ultraviolet met hun ogen kunnen waarnemen. (Zie het volgende kopje.)

Infraroodstraling
Infrarood is een veel groter golflengtegebied van het elektromagnetische spectrum
dan het zichtbare licht. Infrarood is een soort straling die ons oog absoluut niet kan zien
maar de menselijke huid is gevoelig voor deze soort straling.
Het wordt ervaren als warmtestraling.
De golflengtes van de verschillende infraroodkleuren, lees infraroodgolflengtegebiedjes,
zijn alle groter dan de golflengte van licht.
Licht loopt van 0,4 tot 0,8 micrometer.
De golflengte van infrarood is dan steeds meer dan 0,8 micrometer, tot wel een millimeter.
De verschillende infraroodkleuren vinden allerlei toepassingen
onder andere in afstandbedieningen.

De voorouders van de mens liepen net als al hun voorouders naakt rond.
Het lijkt een redelijke veronderstelling dat zij getraind waren
om verschillende infraroodkleuren met de huid waar te nemen.
Vanaf zekere tijd begonnen zij zich te kleden,
vooral ter bescherming van klimatologische invloeden.
Dat gaf een aanzienlijke grotere mogelijkheid van overleven.
Ook verschillende dieren kregen minder vat op hen.
Muggen bijvoorbeeld konden nauwelijks door de kleding heen prikken.

Met de introductie van kleding kwam het geleidelijk aan verminderen van de vaardigheid
om de verschillende infraroodkleuren waar te nemen.
Tenslotte verdween die in zeer grote mate.
Een blinddoek zou een gelijksoortig effect op onze ogen hebben met zichtbaar licht.

Onze huid is dus niet meer gevoelig voor verschillende infraroodkleuren
maar dat betekent niet dat ze niet bestaan; ze zijn zelfs niet metafysisch,
want met infrarooddetectoren zijn ze te identificeren.

Radiogolven
Met een microfoon worden geluidsgolven omgezet in elektrische trillingen.
Die worden weer omgezet in radiogolven.
De antenne van jouw draagbare radio pakt die golven weer op en
de elektronica zet ze weer om in hoorbaar, hopelijk herkenbaar en aangenaam geluid.
De radiogolven zelf kunnen mensen niet rechtstreeks waarnemen.
We hebben er geen zintuig voor. Bestaan de radiogolven dan niet?
Zonder radio-ontvanger behoren de radiogolven tot de metafysica.
Overigens mogen we er blij om zijn, dat de radiogolven niet regelrecht kunnen waarnemen,
want we zouden gek worden van al die radiostations
die ons tegelijk met verschillende golflengtes en intensiteiten zouden bestoken.

In Vietnam trof een granaatscherfje het hoofd van een Amerikaanse militair.
De scherf kon niet verwijderd worden.
Later klaagde de man steeds muziek en gekwebbel te horen.
Hij bleek met die metalen scherf in zijn hoofd een lokaal radiostation te ontvangen!
Gelukkig behoort dit tot de extreme uitzonderingen.

Polarisatie
Je hebt een hulpmiddel zoals een polarisatiefilter nodig om te beseffen,
dat licht gedeeltelijk gepolariseerd kan zijn.
Je bent net als elk ander mens blind voor de polarisatie van het licht.
Als je geen polarisatiefilter hebt zoals een polaroid zonnebril,
bestaat polarisatie dan niet?

Bijzondere minderheden
Als 9.999 van de 10.000 mensen een bepaald verschijnsel niet kan waarnemen
en 1 van die 10.000 wel, dan wordt die ene als een zonderling bestempeld.
We lachen hem uit en verklaren hem voor gek.
Hij zal zich erg gefrustreerd voelen en er maar niet meer over praten.
Misschien wordt hij door de meerderheid ervan overtuigd dat hij echt gek is.
Maar wat is gek? Gek is per definitie alles wat sterk afwijkt van het modale en het gemiddelde.
Misschien ziet, ruikt, voelt, hoort of ... hij wezens
(G'D, engelen, demonen, kabouters, elfen, spoken, geesten, …)
waarover ik alleen maar kan lezen, nadenken, dromen of fantaseren.
Misschien beleeft hij de wereld heel anders dan ik.
Misschien kan hij in de toekomst kijken.
Misschien kan hij vierdimensionaal waarnemen.
Verreweg de meeste mensen kunnen slechts drie dimensies zien (stereoscopie), horen (stereofonie) en voelen (vormen aftasten).
Misschien heeft hij de mogelijkheid om ziektes op grote afstand te constateren.
Misschien kan hij verdriet of gevaar op grote afstand waarnemen.
Misschien kan hij ondergronds water waarnemen met een wichelroede.
Misschien kan hij verborgen water ruiken.
Misschien heeft hij contact met overleden zielen.
Misschien herinnert hij zich concreet een vorig leven.
Misschien kan hij een aura met al zijn kleuren om iemand heen waarnemen of een aureool.
Misschien kan hij verschillende infraroodkleuren met de huid waarnemen.
Misschien kan hij verschijnselen waarnemen waarvan ik het bestaan niet eens kan vermoeden.
Misschien … .

Wie ben ik om een specifiek begaafde af te kraken.
Misschien is het onderhavige metafysische verschijnsel
voor een klein aantal bevoorrechten toch fysisch.

Herdefiniëring
Misschien is het zinvol om een begrip metafysisch te noemen als echt niemand het kan waarnemen.
Er kan slechts over worden nagedacht en gediscussieerd.
Maar hoe is te bepalen, of niemand het kan waarnemen? Niemand kent toch iedereen!
Als echt niemand een bepaald ding kan waarnemen,
dan kan dat alleen bekend zijn doordat iemand het bedacht heeft.


Filosoferen Wetenschappen